De Kwade Kriebels en Meneer Bitter

Stel je hebt een heel blij, positief iemand die een fantastische dag heeft, en een heel verdrietig, negatief iemand met een rotdag, en ze komen elkaar tegen en besluiten samen een kopje koffie te gaan drinken. Wat ‘wint’ er dan? Zal de negatieve persoon zich beter gaan voelen dankzij de positieve persoon, of gaat de positieve persoon juist een stuk minder blij naar huis dan hij of zij zich eerder die dag nog voelde?

Het is een boeiende vraag om over na te denken, zelfs al is het denk ik ook een vraag waar niet echt een goed antwoord op te geven valt. Het hangt van de positieve persoon af, en van de negatieve persoon, en van hoe fantastisch en hoe naar hun dagen precies zijn, en natuurlijk van hun gesprek. Maar als de positieve persoon ‘wint’, dan zou ik graag eens met hem of haar praten.

Ik heb op mijn saaie kantoorbaan namelijk een collega die ik voor mezelf Meneer Bitter noem. Hij werkt ergens bij de afdeling Klantenservice en draagt altijd hetzelfde, donkergrijze pak. Hij heeft een lage, altijd enigszins treurig klinkende stem en je zult deze elke keer dat je over iets leuks begint weer horen. Dan zegt hij namelijk meteen dat het allemaal wel weer tegen zal vallen, of dat we straks vast weer ellende krijgen, of hij noemt je ronduit naïef. Blij kijkt hij bijna nooit, en zodra hij ook maar binnenkomt voel je iets wat om hem heen hangt dat zich direct verspreidt door de ruimte en de hele sfeer compleet verandert. Waarschijnlijk doet hij het niet bewust, maar zelfs al heb ik best een leuke dag, na een kort gesprekje bij het koffiezetapparaat met Meneer Bitter voel ik me vrijwel altijd ellendig.  

Blij kijkt hij bijna nooit, en zodra hij ook maar binnenkomt voel je iets wat om hem heen hangt dat zich direct verspreidt door de ruimte en de hele sfeer compleet verandert.

Meneer Bitter geeft me – zoals ik het graag noem – de Kwade Kriebels. Ik zie ze heel veel rondvliegen in zijn buurt. Maar ik krijg die Kwade Kriebels ook wel eens als ik te lang achter elkaar in het nieuws lees hoeveel ellende er toch in de wereld is. Ze bekruipen me als iets me eindeloos niet wil lukken hoewel ik het toch zo hard probeer. En al helemaal op goede dagen, dat ik lekker in mijn vel zit, liggen de Kwade Kriebels op de loer om het te verpesten.

Waar komen die Kwade Kriebels vandaan? Niemand weet het, zelfs heksen niet. Maar ze kunnen soms flink een leuke dag verpesten. En dan ben ik nog blij dat ik ze maar een klein deel van de tijd bij me draag. Voor mensen als Meneer Bitter, die ze de hele tijd om zich heen hebben, zijn ze vast nog veel naarder. Hoe hij de Kwade Kriebels ooit gekregen heeft is me een raadsel. Maar ik denk dat ik wel snap hoe het kan dat hij er maar niet vanaf komt.

Waar komen die Kwade Kriebels vandaan? Niemand weet het, zelfs heksen niet.

Ten eerste: elke keer dat ik met hem praat lijkt er wel weer iets groots aan de hand lijkt te zijn. De eerste keer dacht ik nog dat hij in een extreme situatie zat, na een paar keer stelde ik dat bij naar het feit dat zijn leven nogal turbulent was, en na een heleboel keren kreeg ik door dat sommige mensen erin slagen om van alles wat er gebeurt een dramatische situatie te maken in hun hoofd. Meneer Bitter begint elke keer dat ik hem tegenkom weer over de volgende ruzie met een familielid, iets belangrijks wat hij kwijt is, een kwaaltje waarvoor hij naar de dokter moet en waarover hij zich zo’n zorgen maakt, of dat hij lijdt onder twijfels over of hij wel het leven heeft wat hij altijd gewild heeft. Al dat soort dingen kunnen hem volledig opslokken. Hij wil best een positiever mens worden, zo vertelde hij me ooit eens toen hij een heel erg eerlijke bui had, maar nadat hij al zijn problemen opgelost zou hebben. En gezien dat waarschijnlijk nooit gebeurt zal hij voorlopig wel een dankbare klant van de Kwade Kriebels blijven vrees ik.

Een tweede ding dat me opvalt bij Meneer Bitter is dat hoewel zijn leven volgens hem vol zit met ellende, hij zichzelf nooit van wat dan ook de schuld geeft. Ja, hij heeft een rotbaan, maar dat komt door onze baas (die overigens best aardig is). Hij kan slecht met geld overweg, maar dat komt omdat zijn ouders het hem nooit geleerd hebben. Ik heb al veel mensen horen beginnen over een andere baan, een cursus financiën en nog meer goede ideeën, maar Meneer Bitter komt als je over zoiets begint direct met tien redenen waarom hij zoiets nooit zou doen. En intussen lopen de Kwade Kriebels hem over de rug.

En het derde ding dat me aan hem intrigeert: zelfs al zegt hij voortdurend dat alles wel tegen zal vallen, het is nou niet zo dat hij niet meer van het leven verwachtte dan wat hij heeft. Sterker nog, hij heeft het er voortdurend over dat het bizar is dat hij ondanks al zijn talenten in deze stomme baan is beland. Hij vraagt zich af waarom het verkeer toch zo druk moet zijn dat hij er niet langs kan. En hij heeft geen idee hoe het kan dat hij nog altijd niet de perfecte partner heeft gevonden. Ik denk dat deze hoge verwachtingen er waarschijnlijk ook voor zorgen dat hij makkelijk teleurgesteld wordt. En tsja, dan liggen de Kwade Kriebels op de loer.

En tsja, dan liggen de Kwade Kriebels op de loer.

Wat moet je met zo iemand beginnen? Misschien word ik op een dag een echte dame die immuun is voor andermans Kwade Kriebels, en een kopje koffie met iemand als Meneer Bitter kan drinken en dan een goed gesprek kan voeren wat hem helemaal opvrolijkt. Het zou me fantastisch lijken. Maar als het me al ooit lukt dan is die tijd nog ver weg. En in de tussentijd zal ik iets moeten verzinnen.

Soms denk ik wel eens dat het beter zou zijn om Meneer Bitter zoveel mogelijk te mijden, en op sommige dagen doe ik dat ook. Anderzijds vind ik het ook wel zielig voor hem dat hij dag en nacht met de Kwade Kriebels moet leven. En dus zin ik af en toe op een plan om ze even weg te jagen. Ik trek er bijvoorbeeld wat andere collega’s bij en stel voor even samen een kopje chocolademelk te drinken terwijl we pauze nemen. En elke keer dat ik dat doe zie ik een bijna onzichtbaar maar toch moeilijk te missen lachje op zijn gezicht.